Afhankelijk van de instructiesituatie kunnen ofwel alle punten worden toegepast of maar enkelen. Meestal komen ze voor in de volgorde van dit schema. Gagné (1970) geeft ook aan dat het echte leren zich meestal voltrekt tussen stap 6 (Oproepen van het geleerde) en 7 (Feedback geven).
De punten zelf worden ook vaak geïnitieerd en gecontroleerd door de docent door middel van verbale communicatie. Deze verbale communicaties van de docent naar de lerende toe kunnen we duiden als 'verbal directions' (Gagné,1970).

https://www2.kuleuven.be/tiki/tiki-index.php?page=Opbouw+van+een+onderwijsleerproces

​

​

​

​

​

Lesinhoud per week

In de lesinhoud beschrijf ik per week wat er wordt behandeld en welke werkvormen in daarbij toepas. Ik verduidelijk mijn lesdoel(en) en noem daar een tijdsbepaling bij. Daarna geef ik per les een evaluatie op mijn eigen les. Ook film ik enkele keren mijn lessen. Dit neem ik mee om mijn eigen competenties te reflecteren, maar ook als bewijslast voor de opleiding.

​

Leeractiviteiten van de studenten:

Cognitieve leeractiviteiten:

Deze activiteiten zijn erop gericht om feiten, begrippen, formules, definities te verwerken. Dit doen mijn studenten met de volgende activiteiten:

• Analyseren;

• Concretiseren;

• Toepassen;

• Memoriseren.

Tijdens de lessen moeten de studenten de lesstof analyseren en concretiseren in het practicum. Ze passen daarin het net geleerde toe in hun praktijk projecten. Ze moeten het geleerde in een later stadium weer kunnen toepassen, dus memoriseren.

 

Affectieve leeractiviteiten:

Leren beïnvloed gevoelens, en gevoelens beïnvloeden leren. Het omgaan met deze gevoelens zijn affectieve leeractiviteiten. Dit doen mijn studenten in de volgende activiteiten:

• Motiveren;

• Concentreren;

• Zichzelf beoordelen;

• Concretiseren.

De studenten motiveren zichzelf en elkaar en beoordelen daarin ook zichzelf en elkaar in het leerproces. Ze concentreren zich op de lesstof en de opdrachten en concretiserend het geleerde.

 

Regulatieve leeractiviteiten:

Naast het verwerken van informatie en het omgaan met je gevoelens over het leren, moet je je studie plannen, de voortgang evalueren en controleren. Dit worden de regulatieve activiteiten genoemd. Mijn studenten voeren de volgende activiteiten uit:

• Oriënteren;

• Plannen;

• Bijsturen;

• Evalueren;

• Reflecteren.

De studenten oriënteren en plannen hun onderwijsactiviteiten. Daarin sturen ze hun activiteit bij als dit nodig is. Daarbij reflecteert en evalueert de student zijn eigen leerproces en eindproducten.

​

Ik als docent heb daar de volgende taak in:

• Modelleren; Docent helpt student waar de (onderliggende) leerstof moeilijk is bij het verwerven van kennis en inzicht door te modelleren.

      Integreren, voordoen, voordenken.

• Coachen; Docent begeleid bij het zelfontdekkend leren en bij het ontwikkelen van een goede werkhouding.

      Feedback geven, hulp bij reflecteren, samenwerken en zelfsturend denken.

• Monitoren; Docent treedt op als ‘extern oog’ bij metacognitieve processen.

 

Binnen dit lesarrangement geef ik eerst de studenten klassikaal les en instructie, dus heb daar de rol als instructeur. Daarna begeleid ik ze in het practicum en de praktijk. Daar geef ik individuele instructie en begeleiding.

​

​

​

Werkvormen

​

Werkvorm:

• Onderwijsleergesprek.

Tijdens de theorie vraag ik de studenten onderdelen van de les. Door mijn vraagstelling worden vier onderdelen van hen gevraag. Of ze de stof hebben onthouden, begrepen, integreren en kunnen toepassen. Dit kan ik ook toepassen in het practicum en de praktijk opdracht.

 

Verwachte beginsituatie studenten:

• In periode 1 en 2 (dit is periode 3) hebben de studenten al kennisgemaakt met dit onderwerp. Deze les is dus een vorm van herhaling en het prikkelen van de opgeslagen kennis.

 

Verantwoording werkvorm:

Door de studenten eerst individueel te laten kennismaken met het onderwerp, ontwikkeld de student voorkennis. Dit vraagt een zekere mate van zelfstandigheid en motivatie van de studenten. Door de onderwerpen te koppelen aan al aanwezige kennis en interessante voorbeelden te geven, probeer ik de studenten te motiveren voor het onderwerp.

​

​

​

​

​

​

 

https://sites.google.com/site/eindwerkhelenalefevere/onderwijsleergesprek

​

--------------------

Werkvorm:

• Klassikale instructie. 

 

Verwachte beginsituatie:

• De studenten hebben al kennis gemaakt met de lesstof binnen eerder gegeven projecten. De studenten hebben minimale kennis over het maken van verf. 

 

Verantwoording werkvorm:

Klassikale instructie kies ik als werkvorm, wanneer alle studenten het onderwerp nog niet of nauwelijks kennen. Daarbij let ik op differentiëren door verschillende soorten vragen te stellen aan de studenten. Hierbij houd ik rekening met de denkniveaus van Kolb (denker, doener, dromer en beslisser).

Door teveel te differentiëren ontneem je jezelf als docent de mogelijkheid tot het geven van instructie. En dat is nou juist de basis van goed onderwijs.

​

​

​

​

​

​

​

http://www.cps.nl/blog/2015/02/05/passende-werkvormen-als-alternatief-voor-differentiren

​

--------------------

Werkvorm:

• Woordenweb.

Samenwerkingsvorm, waarin de studenten samen kernbegrippen opschrijven over een onderwerp. De voorkennis wordt hiermee geactiveerd en de studenten gaan samen in gesprek over het onderwerp dat aanbod komt.

 

Verwachte beginsituatie:

• In periode 1 en 2 (dit is periode 3) hebben de studenten al kennisgemaakt met het onderwerp

 

Verantwoording werkvorm:

Samenwerken is een belangrijke vaardigheid die nodig is om goed te kunnen functioneren in de samenleving. Coöperatief werken is een goede manier om deze vaardigheid te oefenen.

Tijdens deze werkvorm leren de studenten met en van elkaar. Er wordt in kleine groepen samengewerkt op een gestructureerde manier. De studenten leren op deze manier niet alleen van de docent, maar ook van elkaar. Ze zijn actief met de lesstof bezig, praten erover, discussiëren met elkaar, geven elkaar uitleg, vullen aan en helpen elkaar.

​

​

​

​

​

​

​

​

http://www2.mensenrechten.simpsite.nl//Materialen

​

----------

Werkvorm:

• Kahoot!, toetsingshulpmiddel;

 

Verwachte beginsituatie:

• De studenten hebben de afgelopen drie weken (opnieuw) kennisgemaakt met verftechnologie en de toepassingen ervan. Mits de student alle lessen heeft bijgewoond, kan deze de vragen allemaal beantwoorden.

 

Verantwoording werkvorm:

Kahoot! is een gratis op spel gebaseerd leerplatform dat leren leuk houdt. De docent kan alle soorten vragen zelf toevoegen. Kahoot! is een zogenaamd student-response-system. Dat betekent dat de docent vragen stelt via zijn pc en die vertoont op het digibord, dat studenten daar op reageren via pc, laptop, smartphone of tablet, er een overzicht wordt getoond van de gegeven reacties en de docent daarover in gesprek kan gaan met zijn studenten.

​

​

​

​

​

​

​

​

http://www.metrisgroep.nl/blog/2014/07/17/kahoot/

​

----------

Werkvorm:

• What’s happend next?

Er worden drie voorbeelden getoond. Hierbij wordt een vraag gesteld. Studenten krijgen samen de tijd om hier over te discussiëren. De groepjes geven antwoordt op de vraag. Deze moet goed beargumenteerd worden. Daarna wordt het antwoord klassikaal besproken

​

Verwachte beginsituatie:

• De studenten hebben de afgelopen vijf weken (opnieuw) kennisgemaakt met verftechnologie en de toepassingen ervan. Mits de student alle lessen heeft bijgewoond, kan deze de vragen allemaal beantwoorden.

 

Verantwoording werkvorm:

Met deze afrondende les wil ik de lesstof die ik heb aangereikt, toepassen in praktijkvoorbeelden. Voorbeelden die vaak voorkomen, maar waar de student (in eerste instantie) niet van wist hoe dit kwam en waarom dit werd gedaan. De studenten denken oplossingsgericht bij problemen na en passen de lesstof van de weken ervoor toe.

​

​

​

​

​

​

​

​

https://nl.pinterest.com/pin/409546159841493697/